12. De theorie van de zandkorrel, deel 1
Schrijver: | | Benoît Peeters |
Tekenaar: | | François Schuiten |
Jaar: | | 2007 |
Brüsel, 21 juli 784. Geduldig inventariseert Constant Abeels de stenen die zich op geheimzinnige wijze materialiseren in de verschillende vertrekken van zijn appartement. Allemaal hebben ze precies hetzelfde gewicht: 6793 gram, een priemgetal.
In een naburige flat heeft een jonge moeder te kampen met een soortgelijk verschijnsel: zand hoopt zich in haar woning op, tot grote vreugde van haar kinderen. Een eindje verderop bemerkt de eigenaar en chefkok van de beroemde brasserie Maurice dat hij gewicht verliest, hoewel hij niet slanker wordt.
En naarmate de dagen verstrijken, nemen die vreemde verschijnselen hand over hand toe. Er komt een vrouw speciaal uit Pâhry om een onderzoek in te stellen naar deze bizarre gebeurtenissen. Het is Mary Von Rathen, die in haar jeugd bekendstond als "het scheve kind". Ze ontdekt al weldra dat de meeste van deze verschijnselen iets te maken hebben met wijlen Gholan Mortiza Khan, een Bugtis-krijger die onlangs naar Brüsel is gekomen om sieraden te verkopen en die na een afspraak in het Maison Autrique door een tram is aangereden.